Maandelijks archief: juni 2020

Podcast: August de Loor gaat los over 65 jaar drugs en drugsbeleid

Onder leiding van onderstaande twee heren, initiatiefnemers van een wel heel bijzondere Podcast word ik ondervraagd over mijn carrière, wat begon eind jaren 60 van de vorige eeuw als straathoekwerker in de Amsterdamse volkswijk de Pijp en de rest kan je horen van meer dan anderhalve uur dwalen door de decennia van wat zich allemaal aan ontwikkelingen hebben afgespeeld binnen de afzonderlijke drugsmarkten en welke projecten en initiatieven ik daarbinnen heb opgezet en welke visie daarachter schuil gaat.  Veel luisterplezier zou ik zeggen!!!

August

Aflevering #22 van ‘High Tea met Derrick & Rens’ als gastheren en interviewers en vooral met hun eigen deskundigheid en gezelligheid!!. Via de website: http://highteapotcast.nl/22-met-drugsexpert-august-de-loor/

Je kunt de aflevering ook via YouTube beluisteren, via deze link: https://youtu.be/JPnCbHaO5aE

 

 

Rutte, Lock Down persconferenties, coffeeshops

 

Winkels, sportscholen, cafés, restaurants, casino’s, tourbusoperators, kermisexploitanten, bioscopen, sauna’s, sekswerkers, deze en nog veel meer sectoren zijn al maanden getroffen door de Lock Down. Met ingehouden adem moeten zij bij elke persconferentie afwachten of zij genoemd worden om weer open te mogen. Wat mij opvalt is dat Rutte hierbij nog nooit coffeeshops genoemd heeft wat je wel zou mogen verwachten. Want waar bij vele sectoren vaak alleen economische motieven in het spel zijn heeft de Lock Down bij coffeeshops verregaande consequenties. Dit werd op 15 maart bij het potdicht gooien van coffeeshops in EEN klap duidelijk dat de straatdealers en drugswebshops onmiddellijk hun diensten aanboden en daarmee een bom legden op een van de speerpunten van het drugsbeleid van dat verkoop en consumptie van softdrugs ver weg blijft van die van harddrugs. Het getuigde van politieke moed van dat binnen een dag coffeeshops weer open mochten voor de verkoop van cannabis Maar sindsdien blijft de regering Oost Indisch doof dat ook de horecafunctie van coffeeshops een essentieel onderdeel vormt van het drugsbeleid. Ondanks meerdere rapportages van het Trimbosinstituut van, sinds de Lock Down, een toename van problematisch cannabisgebruik plus andere rapportages van meer overlast door blowen in huiselijke kring, in parken en pleinen bleef de regering vasthouden aan het beleid van dat de horecafunctie van coffeeshops tot 1 september gesloten moest blijven. De regering was zelfs ongevoelig voor de waarschuwingen van dat dit ook ten koste gaat van het jeugddrugspreventiebeleid van al die tieners die vooral tijdens deze zomervakantie in eigen land blijven en thuis en dezelfde parken en pleinen opzoeken waar de volwassen gebruikers hun jointje opsteken. Het is dan ook een COMPLETE verrassing van dat de regering deze week heeft besloten van dat coffeeshops al per 1 july weer open mogen. Het is echter volstrekt bizar dat dit ergens ver weg gestopt op een informatiepagina van de Rijksoverheid vermeldt staat. Tijdens de persconferentie heeft Rutte hier geen WOORD aan besteedt. Bij deze verzoek ik Tweede Kamerleden, journalisten, politieke commentatoren, drugsdeskundigen tot gedragswetenschappers aan toe na te gaan waar dit gedrag van onze Premier vandaan komt met de hamvraag of deze regering wel echt het legaliseren van de achterdeur van coffeeshops serieus neemt?

LOCK DOWN Logboek Drug en druggebruik nr 7 Coffeeshopbranche; Wordt wakker!!

In logboek nr 6 meldde ik dat er niet tot nauwelijks reacties kwamen/vragen gesteld werden naar aanleiding van dat de regering  weigerde van dat het in coffeeshops weer mogelijk werd om cannabis te consumeren terwijl wel vanaf 1 juni cafés open mochten voor het schenken van alcohol aan hun bezoekers. Uit onderstaande notulen van 4 juni blijkt dat er wel degelijk de nodige acties zijn ondernomen om de regering op andere gedachtes te brengen. Zowel, zie onderstaand, tijdens het vragenuur op 4 juni in de Tweede Kamer als dat Vera Bergkamp van dezelfde politieke ruim een week later schriftelijke vragen aan de regering heeft gesteld over hetzelfde onderwerp

NOTULEN 4 juni, Tweede Kamer

Mevrouw Diertens (D66):
Dank u wel, voorzitter. Afgelopen maandag hebben we weer een stukje van onze vrijheid herwonnen. We hebben ernaartoe geleefd: 1 juno. Voor wie rond 12.00 uur in de binnensteden rondliep, was het gevoel van verwachting haast tastbaar. En het werd beloond, omdat de horeca, de musea en het ov zich ongelofelijk goed en professioneel hebben voorbereid, en omdat bezoekers van terrassen, tentoonstellingen en treinen zich goed realiseerden wat er op het spel staat. Bij een te gulzige rentree is er een kans dat je je hand overspeelt en weer moet inbinden. Maar het ging goed. Het was gezellig. Mijn grote complimenten. Mijn fractie ziet daarom ook geen reden om per 1 juli niet ook de coffeeshops en de sekswerkers mee te nemen in de versoepeling. Graag een reactie daarop.

 

Reactie Rutte (VVD):

De coffeeshops en de sekswerkers. Ik snap dat je die natuurlijk ook zou kunnen toevoegen aan 1 juli. Je kunt alles toevoegen aan 1 juli, maar jongens, dan wordt het zo groot. Ik zeg het maar even eerlijk. Het zakt dan echt door z’n eigen gewicht in elkaar. Doe het nou dus niet. Ja, het is ook een beetje arbitrair wat er precies op 1 juli en op 1 september zit. Dat zeg ik ook eerlijk. We kunnen natuurlijk proberen hier allemaal briljante argumenten te verzinnen waarom iets moet op 1 juli of 1 september. Ja, we hebben moeten vaststellen dat die argumentatie bij ons ook niet altijd even sterk was. Er is daarom van de sportscholen gezegd of het niet toch zou kunnen op 1 juli, als ze aan allemaal aanvullende eisen voldoen. Ik pleit er echter echt voor om eerst maar eens even kijken of het virus echt met de rugzak op is vertrokken. Ik geef ook nog een keer de winstwaarschuwing voor 1 juli. Als je het allemaal wil, ook de uitbreiding naar 100 personen, dan wordt het pakket zo groot. We hebben nog verre van de zekerheid dat het virus is vertrokken.

Hierbij mijn commentaar van;

  1. dat, net als het antwoord van de minister van Zorg op de brief van de BCD, ook Premier Rutte op geen enkele manier inhoudelijk beargumenteerd waarom de horecafunctie van coffeeshops pas 3 maanden later open mag dan cafés en andere horecagelegenheden
  2. En mijn verbazing van dat er geen breed front uit de coffeeshopbranche is opgestaan om hier werk van te maken. Het Nederlandse softdrugs- en coffeeshopbeleid staat al decennialang in de “minstand” van steeds minder coffeeshops, steeds meer beperkende regels met zelfs de vraag of het experiment van het legaliseren van de achterdeur van coffeeshops wel als een verbetering van het beleid beschouwd kan worden met nu het totaal negeren van de regering van nut en noodzaak van de horecafunctie van coffeeshops als essentieel onderdeel van het Nederlands softdrugsbeleid. De coffeeshopbranche vertoont helaas veel trekken van het “naar binnen gericht “zijn met helaas vaak korte termijn denken van nu ook van dat zolang het tijdens de Lock Down mogelijk blijft om cannabis te verkopen dit wel oké is; zoiets als een houding van dat het een gunst is van de regering waar je blij om moet zijn. Kom op coffeeshopbranche, laat je horen!!!!                      De coffeeshop is geen gunst maar de cafe/slijterij maar dan voor cannabis, waar honderdduizenden mensen met en onder elkaar kunnen genieten van het na alcohol meest populaire genotsmiddel in de wereld. Het is die functie van coffeeshops wat door de regering ontkend wordt!  WORDT WAKKER!

 

LOCK DOWN Logboek drug en druggebruik nr 6 Coffeeshops, status Apart

In Lock Down logboek nr 4 staat de brief van de voorzitter van de Amsterdamse coffeeshopbond ( BCD) aan de minister van Zorg met een pleidooi van dat coffeeshops eerder dan de door de regering geplande datum van 1 September hun horecafunctie weer kunnen starten. Op 10 juni heeft de minister geantwoord met dat de regering geenszins van plan is om dit te honoreren en dat zonder ook maar een enkel motief.

Klik hier om de brief in te zien

Hierbij mijn commentaar op deze brief, een commentaar deels afkomstig uit mijn reactie aan het bestuur van de BCD hoe zij op de brief van de minister zouden moeten reageren.

De brief van de minister als antwoord op die van de BCD brief beschrijft in feite alleen maar de reguliere procedures en aanleidingen waarop de maatregelen van de Lock Down versoepeld worden. Het is een beschrijving die de laatste maanden tot de standaard uitleg van de voorlichtingsafdeling van de regering gerekend kan worden. Het is zodoende ronduit beledigend hoe de minister zich zo nietszeggend tot de coffeeshopbranche richt ( n.b. en dan nog ook een minister van de PvdA!)

De minister geeft geen enkele toelichting waarom de horecafunctie van de coffeeshops pas weer open mag per 1 september en wat de aanleiding is om coffeeshops anders te behandelen dan de reguliere horecagelegenheden.

Met als reden van; “ik zie geen aanleiding om extra openingen toe te staan” sluit hij zijn brief af waarmee hij in feite de coffeeshopbranche als een volstrekt geïsoleerd fenomeen wegzet terwijl hij eerder in zijn brief tot twee keer toe de coffeeshops een horecafunctie toedicht, wat hem de “plicht” geeft om toe te lichten waarom hij de coffeeshops niet overeenkomstig behandeld als cafés, restaurants die al op 1 juni open mochten.

Maar het antwoord van de minister is ook in een ander opzicht verbijsterend. Zonder volledig inzicht in de correspondentie van bijvoorbeeld de sportscholen, wellness centra, de kermisexploitanten overstijgen de argumenten van de coffeeshopbranche voor het versoepelen van de Lock Down maatregelen voor haar sector verre haar eigen directe commerciële belang. De argumenten die de BCD de minister aanreikt betreffen zowel de (hoofd)doelstellingen van het Nederlandse drugsbeleid, jeugddrugspreventiebeleid als het openbare ordebeleid. Als de minister wel bovengenoemde sectoren uitnodigt voor overleg en de coffeeshopbranche volstrekt negeert is dit niet alleen nadelig voor het desbetreffende onderwerp maar ook uitermate verontrustend  hoe het Nederlandse softdrugs- en coffeeshopbeleid zich verder zal ontwikkelen onder een regering als deze. En dat die zorg zeer reëel is moge duidelijk zijn dat Premier Rutte bij de persconferentie op 6 mei over de versoepeling van de Lock Down maatregelen de coffeeshopbranche zelfs geen ENKELE keer genoemd heeft.

Even zorgelijk is dat ook de media, de verantwoordelijke instanties voor het Nederlandse drugsbeleid dit zonder enige reactie laten passeren, een indicatie in hoeverre de coffeeshopbranche nog op politiek/bestuurlijk/maatschappelijk draagvlak kan rekenen.

geïnstitutionaliseerd racisme en geïnstitutionaliseerd stigma

 

geïnstitutionaliseerd racisme en geïnstitutionaliseerd stigma

Dat eerste begrip begint, overgewaaid uit de USA, na jarenlange aarzeling eindelijk meer vaste voet aan de grond te krijgen in Nederland bij pers, publiek en politiek! Nu nog dat van geïnstitutionaliseerd stigma over zowat alles wat met drug en druggebruik te maken heeft ( ik zit nu precies 50 jaar in dit vak met als bizarre constatering van dat dat stigma over drugs sindsdien alleen maar toegenomen is, terwijl nota bene de extremiteit van dit fenomeen de afgelopen decennia afgenomen is, zoals dat de heroïnegolf aan junkies tussen 1973 en 1985 allang achter ons ligt.

Voorbeelden te over over dit hardnekkig stigma zoals de recente Veiligheidsmonitor 2020 enquête van het onderzoeksbureau van de gemeente Amsterdam met vragen voor de bewoners in Amsterdam en naburige steden van wat zij als meeste overlast ervaren in de directe omgeving met in het rijtje voorbeelden zoals hondenpoep de volgende omschrijving van; Drugsgebruik of drugshandel, bijvoorbeeld op straat of in coffeeshops?

Op deze omschrijving over overlast door coffeeshops is een spervuur aan commentaar te leveren zoals dat de opstellers van deze monitor kennelijk geen onderscheid maken tussen de   praktijken van straatdealers in de verkoop van harddrugs ( met vaak tot intimidatie en geweld aan toe met alle overlast voor de directe omgeving) met die van de legale verkoop en consumptie van cannabis in coffeeshops en dat laatste de dagelijkse praktische, succesvolle uitvoering is van een van de belangrijkste doelstellingen van het Nederlandse drugsbeleid van de scheiding tussen de markten van die van softdrugs met die van harddrugs. Kortom daar waar de coffeeshops onder andere bedoeld zijn als wapen tegen straathandel wordt dat in deze enquête op een hoop gegooid!

Daarnaast valt in de enquête op dat waar bij alle andere voorbeelden die de bewoners mogen aanvinken een directe verwijzing wordt gegeven naar vormen van overlast dit bij drugsgebruik en drugshandel ontbreekt. Kortom, kennelijk wordt door het onderzoeksbureau per definitie drugsgebruik al als overlast beschouwd. Met daar bovenop nog dat drugsgebruik en drugshandel van wat zich binnen de coffeeshop afspeelt ( dus zich per definitie onttrekt aan de directe waarneming van de buurtbewoner) dit door de onderzoekers toch als (straat)overlast beschouwd wordt, BIZAR!

Dit alles krijgt een nog meer macaber karakter van dat de vraag aangaande de eventuele overlast van cafés “weggestopt” is in; hinder van horecagelegenheden zoals cafés, restaurants of snackbars, terwijl het toch duidelijk moet zijn dat van cafés  specifieke vormen van overlast uitgaan. Daarbij wordt er hier ten opzichte van coffeeshops duidelijk met twee maten gemeten. Daar cafés in velerlei opzichten dezelfde functies hebben als coffeeshops worden in de overlastenquête cafés gerangschikt onder snackbars en coffeeshops onder straatdealers

En zo valt er op deze enquête nog veel meer aan te merken aan suggestieve vraagstelling met het risico van dat coffeeshops als meest overlast gevend uit de enquête naar voren komt in zelfs de steden rond Amsterdam zonder coffeeshops. Want als elke nuance ontbreekt en coffeeshops en straatdrugshandel op een hoop gegooid wordt met daarbij dat er geen onderscheidt gemaakt wordt tussen soft- en harddrugs is de toedichting van dat hier sprake is van geïnstitutionaliseerd stigma op zijn plaats. En dan is het voor de buurtbewoner die moet kiezen tussen hondenpoep of drugsgebruik en drugshandel, bijvoorbeeld op straat of in coffeeshops haast een belediging om die hondenpoep aan te vinken ( zelfs voor die bewoners die honden haten!)

En dan te weten dat het onderzoeksbureau die deze enquête heeft opgesteld ook het onderzoek heeft uitgevoerd naar de toeristenpatronen in de Amsterdamse binnenstad waarbij zij wetenschappelijk hebben aangetoond van dat het laagwaardig deel van dit toerisme afkomt op de coffeeshops in de stad met als bijeffect van een alom oproep uit de samenleving, belangengroepen Amsterdamse binnenstad en wetenschappers zoals Hoogleraar Tromp van dat Amsterdam het I-criterium moet invoeren van dat het toeristen verboden wordt om nog coffeeshops te bezoeken.

Ach ja, als je als onderzoeksbureau van het Amsterdamse stadhuis geen onderscheid maakt tussen coffeeshops en straatdealers dan kan het zelfs zover gaan van dat dit tot de oproep leidt van dat het alle Amsterdammers verboden wordt om die LEVENSGEVAARLIJKE Amsterdamse binnenstad te bezoeken.

EEN ODE AAN HERMAN VAN VRIEND/COLLEGA DRUGSTESTER

BIJ HET DE LAATSTE EER BEWIJZEN VAN HERMAN HEEFT ZIJN VRIEND/COLLEGA MEDEWERKER SAFE HOUSE CAMPAGNE, ADVIESBURO DRUGS ONDERSTAANDE  WOORDEN GESPROKEN

Herman,

Een reis, een leven, Duizenden kilometers van Amsterdam naar Karachi Van Rotterdam naar Utrecht Meer dan 40 jaar vriendschap

Urenlange klanken op banden, cassettes en CD’s Solina String, Korg Trinitron acht en halve vinger en echo’s tot ver in Australië.

Acterend in vele hoorspelen als dominee, Freek, Raldo of Harm Rul achter de camera in het Kralingense bos, of ver weg bij een heilig graf in Pakistan

Ina Boudierbakker, Noppenstraat, Heemraadssingel, Hooggraven Herinneringen Camel na camel , als een blow door de tijd.

Op zoek naar mysterieuze alkaloïden in exotische planten En sneltesten op drugs belandden we in Amsterdam Jij eerst, ik wat later, bij August de Loor Honderden party’s, vele decibels, Safe House Campagne, Dagelijks drugstestspreekuur, 190.000 drugstesten

Muzikant, Filosoof, inspirator

Herman,

vriend Vaarwel

Abel Arkenbout

Herman, een van de scherpste geesten van het Nederlandse drugsbeleid is niet meer

Herman was niet alleen mijn linker- en rechterhand in het bedenken van nieuwe projecten maar ook dat het Adviesburo het meest laagdrempelige spreekuur had voor gebruikers van welke soort drugs dan ook, van maandagmorgen 10 uur tot vrijdagmiddag 5 uur met tussen 1987 en 1999 haast elk weekend het, in het kader van de SAFE HOUSE CAMPAGNE ( Safe Use, Safe Drive en Safe seks) testen van XTC op House Parties ( van 3000 tot meer dan 100.000 bezoekers) overal en nergens in het land ( met dat nog recent is berekend dat tot het stoppen van het drugstestspreekuur op 1 januari 2016 meer dan 190.000 drugstesten zijn uitgevoerd).

En als je daarbij al die andere projecten, gericht op de andere drugsmarkten dan die van uitgaansdrugs, erbij optelt is het het meest opmerkelijke van dat hij zich vanaf 1987 geen dag ziek heeft gemeld met nog belangrijker van dat alles met een open geest benaderd werd en nog belangrijker dat hij en ik ongenadig veel gelachen hebben over wat er allemaal op ons afkwam, een soort lachen wat elk dossier een extra dimensie gaf!!

 

Beste Herman, je hebt geen idee voor wat je voor mij en de samenleving betekend heeft

Mijn diepe, oprechte dank daarvoor met als we weer eens tegenover zoveel misvattingen, vooroordelen, foute projecten, vrijblijvendheid, oppervlakkigheid aanliepen jij altijd predikte; “ze weten niet wat ze niet weten dus ook hun nieuwsgierigheid om het wel te weten te komen!”

 

Je gabber!   August